Hoe de vergelijking van een cirkel te berekenen

Grafieken kunnen de meeste wiskundige functies in een grafiek weergeven door ze visueel weer te geven. Een lineaire vergelijking, zoals "y = 2x + 3", verschijnt in de grafiek als een rechte lijn. Een tweedegraadsvergelijking, zoals "y = 3x ^ 2 + 2x + 3, " wordt weergegeven als een parabool. Cirkels in de grafieken hebben ook vergelijkingen, die meerdere kwadratische uitdrukkingen combineren. De variabelen in de vergelijking die de grootte van de cirkel en de positie bepalen, produceren de straal van de cirkel, het middelpunt ervan en de coördinaten van een punt op de omtrek.

Je hebt nodig:
  • potlood
  • papier
Te volgen stappen:

1

Zoek de coördinaten van het middelpunt van de cirkel. Stel voor dit voorbeeld een middelpunt voor op punt (3, 4), waarvan de x-coördinaat 3 is en waarvan de y-coördinaat 4 is.

2

Wijs de variabele "h" toe aan het coördinatencentrum x. In dit geval is h gelijk aan 3.

3

Wijs de variabele "k" toe aan het coördinatencentrum x. In dit geval is k gelijk aan 4.

4

Zoek het punt op de omtrek van de cirkel net onder het middelpunt. Dit punt kan bijvoorbeeld de coördinaten (3, -2) hebben.

5

Trek het punt y af van de coördinaat k - 4 - (-2) = 6. Dit is de straal van de cirkel.

6

Maak het vierkant van de straal - 6 ^ 2 = 36. Ken deze waarde toe aan de variabele "s".

7

Voer de waarden in die u hebt berekend in de volgende vergelijking - (x - h) ^ 2 + (y - k) ^ 2 = s. In dit voorbeeld is (x - 3) ^ 2 + (y - 4) ^ 2 = 36. Dit is de vergelijking van de cirkel.

8

Vergroot en vereenvoudig de vergelijking, als je wilt - x ^ 2 - 6x + y ^ 2 - 8y = 11.